Via de D-Hydamo DAMO2.2 GPKG

Aan het regelmiddel dat is gekoppeld aan een kunstwerk wordt een sturingsobject gekoppeld. Hieruit worden onderstaande attributen gebruikt:

Attribuut

Type

Eenheid

Opmerking

Attribuut

Type

Eenheid

Opmerking

globalid

string

-

unieke code van het sturingsobject

regelmiddelid

string

-

id van het regelmiddel waaraan de sturing is gerelateerd

pompid

string

-

de sturing kan ook zijn gerelateerd aan een gemaal; in dat geval is geen D-RTC nodig.

stuurvariabele

string

-

Eigenschap van het kunstwerk die wordt gestuurd:

  • bovenkant afsluitmiddel: voor stuwen/overlaten;

  • hoogte opening: voor onderspuiers/onderlaten

  • pompdebiet: voor pompen

doelvariabele

string

-

Variabele waarop wordt gestuurd:

  • waterstand

  • debiet

typecontroller

string

-

PID of time (deze twee typen zijn momenteel geimplementeerd)

meetlocatieid

string

-

ID van het meetpunt dat hoort bij de controller

streefwaarde

double

m+NAP / m3/s

streefpeil- of debiet

bovengrens

double

m+NAP / m3/s

Voor pompen nemen we deze waarde over als aanslagpeil. Voor stuwen wordt deze waarde gebruikt als bovenkant van het regelbereik bij PID-controllers.

ondergrens

double

m+NAP / m3/s

Voor pompen nemen we deze waarde over als afslagpeil. Voor stuwen wordt deze waarde gebruikt als onderkant van het regelbereik bij PID-controllers.

 

Dit is niet voldoende om een controller volledig te schematiseren. Naast de GPKG dient nog de volgende informatie verschaft te worden:

  • voor PID controllers: een Python dict met de volgende controller eigenschappen:Ki, Kp, Kd, en MaxSpeed. Deze bepalen de reactie van de stuurvariabele op veranderingen in de doelvariabele. MaxSpeed is de maximale snelheid van de kruinhoogte (of openingshoogte) in m/s.

  • voor time controllers: een tijdreeks met de naam van de stuw als header. Deze kunnen (voor meerdere stuwen) worden opgegeven in CSV/XLS format en moet kunnen worden ingelezen met Pandas. Zie het notebook voor voorbeelden.