Aan het regelmiddel dat is gekoppeld aan een kunstwerk wordt een sturingsobject gekoppeld. Hieruit worden onderstaande attributen gebruikt:
Attribuut | Type | Eenheid | Opmerking |
---|---|---|---|
globalid | string | - | unieke code van het sturingsobject |
regelmiddelid | string | - | id van het regelmiddel waaraan de sturing is gerelateerd |
pompid | string | - | de sturing kan ook zijn gerelateerd aan een gemaal; in dat geval is geen D-RTC nodig. |
stuurvariabele | string | - | Eigenschap van het kunstwerk die wordt gestuurd:
|
doelvariabele | string | - | Variabele waarop wordt gestuurd:
|
typecontroller | string | - | PID of time (deze twee typen zijn momenteel geimplementeerd) |
meetlocatieid | string | - | ID van het meetpunt dat hoort bij de controller |
streefwaarde | double | m+NAP / m3/s | streefpeil- of debiet |
bovengrens | double | m+NAP / m3/s | Voor pompen nemen we deze waarde over als aanslagpeil. Voor stuwen wordt deze waarde gebruikt als bovenkant van het regelbereik bij PID-controllers. |
ondergrens | double | m+NAP / m3/s | Voor pompen nemen we deze waarde over als afslagpeil. Voor stuwen wordt deze waarde gebruikt als onderkant van het regelbereik bij PID-controllers. |
Dit is niet voldoende om een controller volledig te schematiseren. Naast de GPKG dient nog de volgende informatie verschaft te worden:
voor PID controllers: een Python dict met de volgende controller eigenschappen:Ki, Kp, Kd, en MaxSpeed. Deze bepalen de reactie van de stuurvariabele op veranderingen in de doelvariabele. MaxSpeed is de maximale snelheid van de kruinhoogte (of openingshoogte) in m/s.
voor time controllers: een tijdreeks met de naam van de stuw als header. Deze kunnen (voor meerdere stuwen) worden opgegeven in CSV/XLS format en moet kunnen worden ingelezen met Pandas. Zie het notebook voor voorbeelden.
Add Comment