In elk Afvoergebiedwordt één ‘Greenhouse’ (kas)-knoop aangemaakt en verbonden met de laterale knoop. De knoop bevat de volgende velden:

Deze kan op twee manieren worden opgelegd: als standaardwaarde of als raster (ruimtelijk variabel). Als de waarde een nummer is wordt uitgegaan van een standaardwaarde, anders wordt per afvoergebied het gemiddelde bepaald uit het raster.